|
||||||||
In Gent, waar ze op wel meer vlakken een eindje vooruit durven te lopen, hebben ze dit collectief al eventjes in de armen gesloten en, zoals we een dag of vier geleden zelf konden vaststellen, was dat volkomen terecht, want dit achttal speelde Trefpunt zonder meer plat: het zweet gutste zowat alle kanten uit en de enkele duizenden toeschouwers hadden allemaal pretlichtjes in de ogen, zij het niet op Tomorrowlandse wijze, nee: hier was de muziek de aanstoker van al dat instant geluk. De acht van SuRealistas zijn drie Argentijnse broers, Jeremias, Joaquin en Agustín Cornejo, die, samen met drie Toscanen en twee Sicilianen een drietal jaar geleden besloten een ensemble op te richten en hun gemeenschappelijke elementen samen te gooien om de dingen, die hen onderscheiden des te mooier in de spots te kunnen plaatsen. Zoals dat gaat, kwam daar al gauw een debuut-CD van en die werd kennelijk over heel Europa bij de juiste mensen in de bus gedropt, zodat een Europese tournee volgde in 2018. Ook toen deed het gezelschap Gent (én Sint-Amandsberg) aan en waren de reacties, naar ik me liet vertellen, unaniem lovend: dit is een band, die niet alleen op het aanstekelijke van de Latino-ritmes rekent om de boodschap over te brengen, maar die vooral de variatie in het repertoire hanteert om het publiek te boeien en geboeid te houden. Zoals uit deze nieuwe CD blijkt, vereist dat ook nog wat anders: het vermogen om hele knappe eigen nummers te componeren, virtuositeit op de verschillende instrumenten -die reiken van gitaar en ukelele, via trompet en sax, tot piano, melodica, bas en drums- en een dosis enthousiasme, die het gebruik van de makkelijke reggae-beat zorgvuldig ontwijkt en dus niet voor de makkelijke weg kiest. Het publiek merkt zoiets al snel op en laat zich wàt graag meevoeren in de mix van rock, pop, cumbia, clave, bolero en andere Latin-dansritmes, die ook op deze plaat opgevoerd worden. Die opent, het moet gezegd, een heel klein tikkeltje aarzelend, doordat de zang wat moeite lijkt te hebben om zich in het percussiekader in te passen, maar zodra het eerste refrein eraan komt, is de band vertrokken voor een kleine drie kwartier verantwoord feestgedruis dat vanaf “Temblor” de nodige plaats inruimt voor de blazers, die het geheel toch op een nog iets hoger niveau tillen. Zelfs al wordt met “Guajira Sentimental” het ritme een flink stuk naar beneden getrokken, de gitaarklank deponeert je meteen midden een club in Buenos Aires -of Havana, voor mijn part- tot je met “Desde Que El Cha Cha Cha es Cha Cha Cha” een eerste, zij het nog lichtjes ingehouden hoogtepunt van de plaat bereikt. Dat de groep veel gevoel voor humor heeft, moge blijken uit een songtitel als “Tamarindo Barry White” of “Macho”, overigens het tweede hoogtepunt van de plaat, net als crowdpleaser “Bubbles”, die me aan de lang vervlogen tijden van de Mexicanen van Maldita Vecindad doet denken. Al met al is dit dus een plaat om moeiteloos deze zomerse dagen mee door te komen, zodat u voorbereid bent tegen de volgende keer dat deze bende uw buurt op stelten komt zetten! (Dani Heyvaert)
|
||||||||
|
||||||||